Voeding bij maag- en darmklachten

Maag- en darmklachten zijn veelvoorkomend en in veel gevallen valt er klachtenverbetering te behalen door aanpassingen in het voedingspatroon.   Klachten die wij onder andere behandelen zijn: last van maagzuur, problemen met de stoelgang zoals diarree en obstipatie, winderigheid en buikpijn.  Ook behandelen wij aandoeningen zoals prikkelbaardarmsyndroom, de ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa en coeliakie. 

 Wat kan ik zelf doen?

 

Praktische tips om ervoor te zorgen dat de klachten niet verergeren:

  • Eet gezond en gevarieerd
  • Gebruik een gezonde en gevarieerde voeding met
    voldoende voedingsvezels en zo min mogelijk toegevoegde suikers.
  • Drink voldoende. Voor een optimale darmwerking is het belangrijk
    om dagelijks 1,5 – 2 liter vocht te drinken.
  • Probeer stress te vermijden Stress is meestal niet de oorzaak,
    maar kan wel invloed hebben op de klachten.
  • Beweeg voldoende. Door regelmatig te bewegen wordt de darmbeweging gestimuleerd en dit zorgt voor een goede spijsvertering. 

FODMAP-dieet bij Prikkelbaardarmsyndroom

FODMAP’s zijn voedingsstoffen die klachten kunnen veroorzaken. FODMAP staat voor:

  • Fermenteerbare Oligosachariden (fructanen en galactanen, in bijv. tarwe en peulvruchten).
  • Disachariden (lactose in melkproducten).
  • Monosachariden (fructose in groente en fruit).
  • And Polyolen (suikeralcoholen, in zoetstoffen en groenten).

 

Deze voedingsstoffen worden slecht of niet opgenomen in de dunne darm en komen in de dikke darm terecht.
Dit veroorzaakt  klachten.


 

 

De fases van het FODMAP-dieet

Het FODMAP-dieet bestaat uit 3 fases, zodat erachter wordt gekomen welke voedingsstoffen de klachten veroorzaken.

1. De eliminatiefase:  In deze fase worden producten met een hoog gehalte aan FODMAP’s geëlimineerd uit je dagelijkse voeding. Gemiddeld duurt deze fase 2 tot 6 weken, dit verschilt per persoon.

2. De herintroductiefase:  In deze fase zullen de FODMAP’s geleidelijk aan weer worden toegevoegd om te kijken of de klachten terugkomen. Dit zal één voor één gebeuren, zodat beoordeeld kan worden welke voedingsstoffen klachten geven en welke niet.

3. De personalisatiefase: Het uiteindelijke doel is om een persoonlijk voedingspatroon op te stellen, waarbij de klachten zoveel mogelijk onder controle blijven.

 


Wat kan een diëtist betekenen:

  • Beoordeelt welke aanpassingen er gedaan kunnen worden in de voeding om de maag- en/of darmklachten te verbeteren
  • Bepaalt en bespreekt indien van toepassing je individuele tolerantie niveau
  • Helpt met voldoende variatie in de voeding
  • Zorgt ervoor dat er geen voedingstekorten ontstaan in je voedingspatroon
  • Helpt bij het lezen van etiketten
  • Geeft tips over geschikte recepturen
  • Geeft tips en adviezen over hoe je om kan gaan met feestjes en etentjes